Epigram voor Frank Koenegracht
Aan bijna alles heb ik een
broertje dood
aan het helpt de Polen de winter door
terwijl de winters daar heel zacht en aangenaam zijn
dat weet een kind
aan het groeten van buurvrouwen
aan het strijken van plooien in terlenka broeken
aan het plakken van zegels in rechte rijen
al die stuiptrekkingen hollen mij uit
en dan nog
nemen autoriteiten hun intrek in die holte
ik vouw bootjes en kom om
in oude kranten
.